De persoon achter het plan: Jacques Dubbeldam en Floor Dijxhoorn

‘De persoon achter het plan’ is een rubriek over de mensen die zich binnen de Rijksoverheid bezighouden met het behalen van de interne duurzaamheidsdoelstellingen. Achter ieder plan zit een persoonlijke motivatie. Deze keer spreken we Jacques en Floor. Jacques is werkzaam bij het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat (IenW) en Floor bij Rijkswaterstaat (RWS).

Jacques & Floor
Jacques Dubbeldam en Floor Dijxhoorn

Jacques Dubbeldam is afdelingshoofd duurzaamheid en huisvesting bij het ministerie van IenW. Hij richt zich op de verduurzaming van het hele ministerie. RWS pakt de eigen verduurzaming zelf op. Floor Dijxhoorn draagt daar als adviseur duurzaamheid voor de interne bedrijfsvoering aan bij. Zij kijkt hoe RWS als organisatie steeds duurzamer kan handelen, met een focus op de werkplekomgeving.

Als kind al oog voor milieuvervuiling

Dat Floor bezig is met duurzaamheid komt vanuit een intrinsieke motivatie: “Ik vind het zonde dat de wereld achteruitgaat door de impact van de mens. Daar wil ik iets aan doen. Nu ik een zoon heb, is duurzaamheid voor mij alleen nog maar belangrijker. Ik vind het bijvoorbeeld een interessante puzzel om uit te zoeken hoe we beter met de wereld kunnen omgaan zonder dat onze brede welvaart afneemt. Daar ben ik in mijn werk actief mee bezig. Inmiddels ben ik al zes jaar bezig met duurzaamheid binnen interne organisaties vanuit mijn achtergrond in facility management. Sinds anderhalf jaar doe ik dat voor en bij RWS.”

Bij Jacques begon de interesse in duurzaamheid al in zijn jeugd. “Als kind was ik altijd buiten. Toen had ik al het idee dat al die auto’s en schoorstenen niet goed konden zijn. Maar midden jaren zeventig vond iedereen dat nog normaal. Ik studeerde commerciële economie, maar ik word er niet gelukkig van als het alleen maar om geld gaat. Milieu is daarom altijd belangrijk voor me gebleven. Ik maak me daar namelijk ernstig zorgen over. Bij het ministerie van IenW kan ik werken aan wat ik belangrijk vind. Inmiddels ben ik tien jaar echt met duurzaamheid bezig.”

Passie voor duurzaamheid werkt aanstekelijk

Voldoening halen uit je werk geeft energie. Waar halen Floor en Jacques voldoening uit? “Ik vind het mooi als het lukt om mensen bewust een duurzame keuze te laten maken. Vaak zijn nieuwe spullen bijvoorbeeld niet nodig. Thuis is Marktplaats onze grote vriend, maar op kantoren kan dit ook. Als Rijksoverheid willen we in 2030 klimaatneutraal zijn, maar wat houdt dat in? Het geeft mij voldoening als mensen dit verder invullen met ambitieuze doelen en deze najagen. Dat vind ik tof. Ik vind het ook leuk om mensen te helpen met het opstellen en bereiken van zulke duurzaamheidsdoelen”, vertelt Floor.

Jacques ziet dat duurzaamheid binnen het ministerie de positie krijgt die het nodig heeft. “Duurzaamheid doen we niet meer erbij, maar staat nu op hetzelfde niveau als rechtmatigheid, dus dat we volgens de regels handelen, en veiligheid. Het staat nu echt op de agenda in de organisatie. Dat betekent dat als doelen niet behaald worden of dat als er een risico ontstaat op het gebied van duurzaamheid, dit besproken wordt in de bestuursraad, ons hoogste bestuursniveau. Ook interdepartementaal zetten we stappen, maar nog niet zo snel als ik zou willen. Wat ik wel mooi vind, is dat we een team hebben van enorm begeesterde mensen. De passie spat ervan af. Die energie werkt aanstekelijk. Zelf help ik vanuit mijn functie mensen ook om in hun kracht te gaan staan. Zo bereik je als team meer dan alleen.” 

Mensen verbinden en prikkelen

Als duurzaamheidsspecialist kun je positief bijdragen aan de maatschappij. Floor: “Ik weet dat ik impact kan maken, maar tegelijkertijd heb ik niet de illusie dat ik in mijn eentje de wereld kan veranderen. Daarom is het belangrijk dat verschillende mensen, afdelingen en organisaties aan elkaar verbonden worden. Daarnaast vind ik het leuk om buiten de overheid te kijken en daarvan te leren, en de mensen daarin mee te nemen en te enthousiasmeren. Verder ben ik goed in het stellen van verrassende vragen, door op een andere manier naar dingen te kijken dan mensen gewend zijn. Vervolgens gaan zij ook andere vragen stellen. Zo doorbreek je bestaande patronen en stimuleer je duurzaamheid.”

Ook Jacques probeert mensen te prikkelen en te stimuleren. “Ik probeer de luis in de pels te zijn, en te voorkomen dat duurzaamheid wordt geschrapt bij gebrek aan tijd of geld. Daar ben ik scherp op. Wat daarbij dus helpt is dat duurzaamheid goed verankerd is in de sturing van het departement, waarbij we controleren of wat we hebben afgesproken echt gebeurt. Als je dat samen met steeds meer bedrijven doet, verspreidt zich dat als een olievlek. Voor kleine bedrijven is het lastiger om met de overheid een contract te sluiten, waardoor innovatieve ideeën moeilijk binnenkomen. We geven zulke bedrijven een podium door pilots te doen, zodat ze op een kleinschalige manier ervaring opdoen en contacten kunnen leggen. Zo brachten we al diverse partijen in verbinding. Dat stimuleert innovatie uit de markt en is belangrijk om verder te komen met duurzaamheid.” 

Jacques zittend

Je hoofd durven stoten

“Mijn waarden hebben best veel invloed op mijn werk”, vertelt Floor. “Dat ik goed wil zijn voor elkaar en de wereld, gecombineerd met mijn vasthoudende karakter, zorgt ervoor dat ik mijn werk goed kan doen. Ik ben een vechter en stop niet totdat iets lukt. Problemen houden mij niet tegen. Je moet klein beginnen, maar daarna opschalen. Dat opschalen is niet makkelijk. Vaak kom je daarbij zaken tegen die alles moeilijker maken. Niemand is tegen duurzaamheid, maar hoe ver wil je gaan? Bij de moeilijkheden en als zulke vragen om de hoek komen, komt mijn vasthoudendheid van pas.” 

Jacques is het daarmee eens: “Je moet inderdaad je hoofd durven te stoten en vasthoudend zijn. Mijn werk moet kloppen met mijn persoonlijke waarden, daar ben ik fanatiek in. Ik zou me niet thuis voelen in een commerciele organisatie waar het gaat om zoveel mogelijk omzet genereren. Ik ben daarom vindingrijk geworden: als iets niet mag, wat kan dan wel? Zo heb ik jarenlang moeten werken. Niemand was tegen duurzaamheid inderdaad, maar ik kreeg ook weinig medewerking. Dan moet je creatief zijn en anderen kunnen overtuigen. De toon is belangrijk. Je moet geen klimaatdrammer worden. Als je te stevig inzet dan verlies je ook mensen. Je moet je blijven verplaatsen in je gesprekspartners en per situatie kijken wat hen aanspreekt en wat nodig is om in ze beweging te krijgen. Daar krijg je volgens mij meer mee voor elkaar dan met snelwegen blokkeren.”

Floor: “Ik geloof in de combinatie van die dingen. Je hebt ook mensen nodig die er harder ingaan en daarmee een signaal afgeven en andere mensen die in organisaties hard werken om het voor elkaar te krijgen. Hopelijk komen die twee groepen bij elkaar. Je moet daarnaast zelf het goede voorbeeld geven. Ik eet geen vlees en weinig vis. Als je uitlegt waarom je dit doet zonder daarbij een waardeoordeel te geven, zetten mensen eerder een stap in dezelfde richting.”

Floor

Mijn ultieme droom is dat ik niet meer nodig ben

Als duurzaamheidspecialist ontkom je niet aan tegenslagen en uitdagingen. Floor geeft aan dat die er genoeg zijn: “Wat ik in het begin lastig vond is dat er nog geen langetermijnvisie rondom duurzaamheid was. Er waren geen doelstellingen of KPI’s. Inmiddels zijn de doelen er, zo goed als. De volgende stap is dat er sturingslijnen op komen. Ik vind het daarnaast moeilijk dat we zeggen dat we duurzaamheid belangrijk vinden, maar niet iedereen er consequenties aan verbindt. Meer mensen moeten ermee aan de slag gaan. Wat ik verder lastig vind, is dat het een complex onderwerp is. Het kennisniveau van mensen is nog altijd laag bij thema’s rondom duurzaamheid. Mensen die verantwoordelijk zijn voor het inkopen van producten of voor de operatie hebben lang nog niet allemaal genoeg kennis om de verduurzamingsslag te maken. Daarom zijn mensen zoals ik nodig, maar mijn ultieme droom is dat ik niet meer nodig ben.”

Ook op het ministerie ziet Jacques verbeterpunten: “Op het kerndepartement is duurzaamheid op papier beter geregeld dan bij RWS. In de praktijk gaat het vaak erg stroperig, lopen dingen over veel managementlagen en worden projecten afgeschoten vanwege vormfouten. Iets is bijvoorbeeld niet afgestemd met de juiste personen of de financiële paragraaf is niet geregeld. Soms zijn dat legitieme bezwaren, maar soms zijn het ook argumenten die men gebruikt om niet te hoeven veranderen. Het is een hele kunst om de mensen achter die verandering gemotiveerd te houden, ook als we de wind eens niet in de rug hebben. We willen als ministerie bijvoorbeeld graag jonge mensen aan ons binden. Voor hun is het belangrijk dat het een beetje opschiet en dat ze zien dat ze impact maken. 

Als IenW zijn wij daarnaast al lang bezig met duurzaamheid. De positie van koploper heeft voordelen maar ook nadelen. Er zijn departementen die in de beginfase zitten of zich zelfs buiten bepaalde aspecten van duurzaamheid kunnen houden. Ik zou graag zien dat we dat niet toe laten met elkaar. We moeten het samen doen. Wat me verder nog wel eens verbaast, is dat we verantwoordelijkheden afschuiven. Dat we elkaar onvoldoende aanspreken als we niet leveren, zit me dwars. Dat mag van mij vaker op tafel.”

Mensen met passie zorgen voor inspiratie

De weg naar duurzaamheid kan hobbelig zijn, maar meewind is er gelukkig ook. Inspirerende collega’s maken het werk makkelijker en stimuleren je, vindt Floor: “Ik werk in een heel leuk team waar iedereen gemotiveerd is. Zulke mensen zorgen dat het tof is om met duurzaamheid bezig te blijven en dat het nu ook door het hoger management binnen RWS wordt opgepakt. Voor mij is het grootste compliment dat mensen waarderen wat je doet. En dat inspireert en motiveert weer.”

Jacques haalt inspiratie uit mensen waar hij mee samenwerkt: “Ik vind een aantal mensen inspirerend vanwege hun vasthoudendheid en visie. Marjan Minnesma van Urgenda vind ik een sterke, inspirerende vrouw. Zij heeft een visie en passie die aanspreken. In mijn beginjaren was Chris Kuipers, destijds directeur-generaal Milieu, een inspiratie. Hij opende deuren, was heel benaderbaar en heeft veel betekend. Ik ben hem dankbaar voor de basis die hij legde, zodat wij aan de slag konden. Verder is onze secretaris-generaal Jan Hendrik Dronkers zeer begaan met duurzaamheid. Hij is de motor binnen het departement, maar gaat met pensioen. Ik hoop dat iemand met dezelfde passie daarvoor terugkomt, zodat we stappen vooruit blijven zetten.”

Ga het gewoon doen

Er is nog veel werk aan de winkel, maar Jacques en Floor bereikten al het nodige op het gebied van duurzaamheid. Jacques is trots op zijn team: “In het begin was ik hier alleen met duurzaamheid bezig, maar ik heb nu een team met acht mensen. Deze mensen mocht ik zelf selecteren, hoewel het nog best moeilijk was ze te vinden. Uiteindelijk is het gelukt. Er is nu een stabiele groep en dat vind ik een mooie prestatie.”

Floor is vooral blij dat er nu concrete doelen zijn voor duurzaamheid: “Ik ben trots op deze doelen, de aandacht voor duurzaamheid en dat mensen gemotiveerd zijn om ermee aan de slag te gaan.” Het ermee aan de slag gaan is een van de belangrijkste dingen, benadrukt Floor: “Duurzaamheid is niet ingewikkeld, je moet het gewoon doen en beginnen. Je moet je ook niet snel van de kaart laten brengen.” Jacques sluit zich daarbij aan: “Stop met praten, begin met doen.”